Blog 10 “Milieu”

HBY: We hebben nu diverse malen gesproken over gevaarlijke goederen, hoe daar mee om te gaan, hoe jezelf te beschermen en zo meer. Ik ben nu specifiek geïnteresseerd in de plaats van het milieu in dit geheel, want daar hebben we nog niet veel woorden aan besteed.
EH: Die mening deel ik wel. Als je de pictogrammen en classificaties tegen het licht houdt, dan geven die vaak alleen gevaren aan voor mens en dier. Dat wil niet zeggen dat milieu er niet aan te pas komt. Denk bijvoorbeeld aan het pictogram met dode vis en dode boom. Niet bepaald een milieuvriendelijk pictogram en een hele duidelijke milieu-aanduiding.
HBY: Dat onderschrijf ik. In dit geval gaat het dus om een product dat echt milieubezwaarlijk is. Maar ik begrijp dat producten met andere gevaren classificaties ook milieu-impact hebben. In het SDS (veiligheidsblad) lees ik dat bij bepaalde hoofdstukken. Waar moet ik dan eigenlijk rekening mee houden?
EH: Dat is nogal een beetje. Bij milieu moet je onder andere denken aan vergunningen, opslagcondities, opslaghoeveelheden, spil/lozing en vooral niet te vergeten: verpakkingen.
HBY: Dat is nogal wat en kun je het wat meer specificeren? Dan gaat het mij niet zozeer om de vergunningen, maar veel meer om de randzaken die je net noemde, zoals spil, lozing en verpakkingen.
EH: Als we producten gebruiken volgens de normale toepassingen is er meestal niet zo veel aan de hand. In die gevallen gebruiken we het product in de gewenste concentratie, met de gewenste frequentie en volgens de toegelaten aanbevelingen. Op zo’n moment is het gebruik en de lozing hanteerbaar en mag je ervan uitgaan dat het product volgens bekende standaards geloosd mag worden.
HBY: Op zo’n moment mag ik dat conform de vergunningen en omschrijvingen lozen.
EH: Dat klopt. Het wordt pas spannend als er sprake is van onevenredig hoog gebruik of spil.
HBY: Spil betekent dat we in een keer een grote hoeveelheid blootstellen aan het milieu. Daarbij kun je bijvoorbeeld denken aan een verpakking die wordt beschadigd en in een keer leegloopt.
EH: Dat is inderdaad een voorbeeld, waarin het SDS niet altijd voorziet en je dus extra maatregelen moet nemen. Het is niet voor niets dat we verpakkingen op lekbakken plaatsen. Op zo’n manier houden we dit soort incidenten onder controle. Als je in een keer een grote hoeveelheid blootstelt aan de omgeving kan dat gevolgen hebben. Denk aan microbiologische balans in de mestput of een mestvergister. Kan behoorlijk vervelend zijn en zelfs een mestvergister stilleggen.
HBY: Wat moet er dan gebeuren?
EH: Gewoon de specialisten raadplegen. Bij de leveranciers zitten ongetwijfeld mensen die antwoord kunnen geven op spilsituaties. Let op: Beter een keer teveel gebeld, dan helemaal niet. Ga in ieder geval niet zelf prutsen.
HBY: En verpakkingen?
EH: Misschien wel meer milieubezwaarlijk dan de inhoud. Ze moeten gezien worden als gevaarlijk goed, ook al zijn ze leeg. Als je ze spoelt, dan valt dat weer weg. Maar het blijft plastic en de milieu-impact hiervan is soms wel heftig. Netjes mee omgaan. In veel landen zijn de nodige recyclingdiensten van kracht. Daar kun je altijd je lege verpakkingen kwijt.
HBY: Ik snap ‘m. Kwestie van organiseren. Niet afwachten, maar voorzorgsmaatregelen nemen en voorbereid zijn op ongewenste spil.

Waarom samenwerken?

Iedere veehouder wereldwijd neemt dagelijks beslissingen voor zijn bedrijf. Keuzes die passen bij zichzelf en de bedrijfsdoelen. Dat hoeft hij niet alleen te doen. Samen met adviseurs kiest hij voor de juiste oplossingen en stuurt hij zijn bedrijf in de gewenste richting.

Meer en meer veehouders kiezen voor Lely als partner voor de lange termijn, omdat onze services en producten goed aansluiten om elke dag weer een stap naar het gewenste resultaat te maken. We zijn dichtbij, met de juiste en kundige mensen die goed zijn opgeleid.

Top