Intro

Reportage melkveebedrijf Van 't Klooster, Zeewolde. Tekst en beeld door: Rijk van Vulpen - Boer&ZO.

‘Uit de Eemmond’, de naam voorop de ligboxenstal van familie Van ’t Klooster aan het Slingerpad te Zeewolde, laat weinig te raden over voor wat betreft hun herkomst. Theo (73) en Wilma (66) van ’t Klooster wonen op het bedrijf en jongste dochter Mirella (34) en schoonzoon Arie van Heerikhuize (36) met hun kinderen Stefan (4) en Britte (2) in een naast de stal gelegen woonunit. Recent is de melkstal verwijderd om plaats te maken voor een aantal extra ligboxen en staat voorin de stal een opstelling met een tweetal Lely Astronaut A5 melkrobots.

“In Eemnes hadden we onze grond zeven kilometer van huis én buitendijks bij de Eem. Vanaf onze grond keken we in de verte uit op Flevoland. In 1981 zijn we naar Zeewolde gekomen. In Eemnes was er ruilverkaveling in voorbereiding, maar de polder heeft ons altijd getrokken. Toen Wilma en ik verkering hadden, kwamen we af en toe vanaf Nijkerk de polder in om naar een broer en zus van me in Lelystad te gaan. De Stichtsebrug was er toen nog niet. We zeiden toen al eens tegen elkaar dat als we de kans zouden krijgen, we naar Flevoland zouden verhuizen. Waar we dat tegen elkaar zeiden, was letterlijk op een steenworp afstand van waar we in ’81 terecht zijn gekomen. Het bedrijf hier was destijds 38 hectare groot en we hebben later nog 3 hectare erbij gevoegd. We hebben hier toen een stal gebouwd waar we begonnen met zo’n 110 á 120 koeien en molken in een twee keer acht melkstal”, opent Theo het relaas met betrekking tot de voorgeschiedenis.

De grond werd en wordt gebruikt voor het telen van gras en maïs voor de koeien. Een aantal hectares wordt jaarlijks verhuurd voor bloembollen. In de begintijd werd er ook wel grond uitgeruild met buren voor het telen van aardappels.

Theo wende makkelijk op het nieuwe land, maar bij Wilma ging dat niet helemaal vanzelf. “Toen we hier kwamen was het echt nog pionieren. We waren de eersten in deze straat, de buren kwamen dus pas later. In de begintijd hadden we hier niet eens telefoon. Het eerste jaar heb ik flink heimwee gehad. We hebben vier dochters gekregen, waar Mirella de jongste van is. Toen we hier net zaten, was ik zwanger. Ik moest toen drie keer in de week bloed laten prikken in het ziekenhuis in Laren, dat was in die tijd gewoon een uitje voor me”, vertelt Wilma. Uiteindelijk is het toch goed gekomen, verzekert ze. “Dat was een lastig eerste jaar, maar daarna had ik niet meer terug gewild.”

Het was niet op voorhand een uitgemaakte zaak dat er in opvolging voorzien zou worden bij de Van ’t Kloosters. “Cilia onze oudste dochter is fotograaf geworden. Onze tweede dochter José werkt in Utrecht bij diergeneeskunde als onderwijzer en analist en trouwde met een loonwerker uit Nijkerk. De derde dochter Annemarie is ook boerin en getrouwd met een kalvermester uit Ermelo. Mirella was toen nog jong en er moest afgewacht worden of zij verder zou willen met het bedrijf”, stelt Wilma. Voor Mirella was het echter geen open vraag. “Ik was toen nog wel jong, maar voor mij is het nooit een punt van twijfel geweest of ik het zou willen.” Inmiddels zit ze al meer dan 12 jaar in de maatschap en hoopt ze samen met Arie dit jaar het bedrijf over te nemen. Arie heeft drie jaar geleden in Lunteren het bedrijf van zijn ouders overgenomen en zit samen met Mirella in maatschap. “Hij is iedere dag daar en ik hier thuis op het bedrijf. Dat is ook een extra reden dat we hier voor automatisch melken hebben gekozen, zodat ik op termijn mezelf hier kan redden en hij zijn ouderlijk bedrijf ook kan runnen”, stelt Mirella. “Op het bedrijf dat ik van mijn ouders overgenomen heb, hebben we 60.000 vleeskuikens met beter leven 1 ster en daarnaast 400 biologische vleesvarkens. Vorig jaar ben ik hier aan het Slingerpad in de maatschap gekomen met Mirella en haar ouders”, vertelt Arie.

Keuzes

In één hand

Na de nodige afwegingen en diverse merken bekeken te hebben, werd in januari ’23 tot de aanschaf van twee Lely Astronaut A5 melkrobots besloten. Toen de kogel eenmaal door de spreekwoordelijke kerk was verliep het één en ander voorspoedig. “We hebben ook andere merken een kans gegeven, maar hebben uiteindelijk voor Lely gekozen. De ervaringen die we daarover hoorden waren alleen maar positief en ook het managementprogramma en begeleiding was voor ons een belangrijk punt bij onze keuze”, vertelt Arie. “In september zijn de robots op een tijdelijke opstelling geplaatst en ze staan vanaf december op de definitieve plaats.”

“In het voortraject en tijdens de verbouwing hebben we vanuit Lely Center Bunschoten super begeleiding gehad. Als we er nu op terugkijken en als we het over zouden moeten doen, is er eigenlijk niks dat anders zou moeten”, vult Wilma aan. “Een groot voordeel was dat alles in één hand was bij het Lely Center. Of het nu ging om de verbouwing, het aanleggen van elektra of andere zaken, zij zorgden dat alles perfect op elkaar afgestemd was. Dat is voor ons wel een groot voordeel geweest. Zij hebben ervaring met de verschillende partijen en hebben daarmee gezorgd dat wij er weinig omkijken naar hadden”, heeft Arie ervaren.

De koeien hebben de verandering van de melkstal naar de robot goed opgepakt, al gingen de eerste maanden niet vanzelf. “We zijn gestart in een heel hete periode en we hadden blauwtong in de koppel. Maar ja, dat is in iedere situatie een probleem, dus dat had niks met de robots te maken. In de tijdelijke opstelling hoefden we al snel vrijwel geen koeien meer te halen en op de definitieve opstelling waren ze ook al snel weer gewend. We hebben drie koeien die we standaard op moeten halen, maar die kwamen in de tijd met de melkput ook nooit uit zichzelf”, vertelt Arie.

Het aantal melkingen zit bij hen ook rond de 3,0, wat gemiddeld in 34 liter per koe per dag resulteert met 4,55% vet en 3,58% eiwit. In de robot krijgen de koeien drie soorten krachtvoer en buiten de robot is een Lely krachtvoerbox geplaatst, waar de koeien het resterende deel van de geplette gerst kunnen halen. “In december hebben we een krachtvoerwissel gehad. Onze Lely begeleider en voervertegenwoordiger Van Wolswinkel hadden goede ervaringen met enkelvoudige producten, vandaar dat we gestart zijn met geplette gerst. Verder krijgen ze een eiwitrijke brok en een piek start brok. De ervaring tot nu toe, is hier heel goed mee en we hebben momenteel nóg minder last van kreupelheid”, is de ervaring van Theo.

Om kreupelheden verder te voorkomen, is voorzien in een potenbad van Lely. Vanuit de melkrobots maken de koeien gebruik van één gezamenlijke uitgang. Daar kunnen koeien automatisch gesepareerd worden naar de klauwbekapbox en eventueel doorgesepareerd naar het strohok. Na die optie komen ze door de Lely Walkway. Met een druk op de knop kan hier automatisch het potenbad geplaatst worden, wat zich vervolgens ook automatisch vult met water en ontsmettingsmiddel. Als de knop nogmaals ingedrukt wordt, wordt de bak automatisch geleegd, schoongespoten en weer terug tegen de wand opgeborgen. “Dat is echt ideaal. We waren op zoek naar de beste optie op dit gebied. We hebben naar verschillende systemen gekeken. Je kan natuurlijk ook met de hand een bak plaatsen, maar in de praktijk schiet het er dan al snel bij in. Nu is het geen enkele moeite om iedere week of twee weken de bak een keer te plaatsen”, is de ervaring van Mirella. “Een druk op de knop en klaar is Kees”, vat Wilma het beknopt samen.

Een nieuw hoofdstuk

Keuringen

Wat in de stal opvalt, is dat de zwartbonte koppel koeien behoorlijk uniform en flink aan de maat is. Wie wel eens rundveekeuringen bezoekt, zal daar ongetwijfeld vee van hen gezien hebben. Alles is zuiver Canadees Holstein. “Mijn ouders en ik fokken al jaren op exterieur.” Op de vraag of dit bij partnerkeuze belangrijker is dan melkgift twijfelt Mirella een moment. “Stiekem misschien wel net iets meer op exterieur, maar we letten uiteraard wel op productie en duurzaamheid. Ondanks dat onze koeien vrij groot zijn, gaan ze wel lang mee.”

Overigens is het niet helemaal waar dat álle koeien Holsteins zijn. Er lopen een paar Brown Swiss tussen uit Zwitserse embryo’s. Dat blijkt voor de hobby van Mirella te zijn. “Dat vind ik gewoon leuk. De Brown Swiss heeft een heel ander karakter, dat vind ik wel mooi om te zien.” De ouders delen die hobby niet echt.

Overigens zitten de beide generaties goed op één lijn, zo blijkt. Op termijn zal het werk meer op Mirella en Arie aan komen, maar dat zal niet in een grote ommezwaai gaan resulteren. “Momenteel zitten we op de 100 koeien. Dat aantal willen we graag richting de 110 brengen om zo de robots nog optimaler te benutten. Qua kijk op het bedrijf zal er niks veranderen. M’n ouders en ik hebben altijd goed met elkaar samengewerkt en zitten op één lijn. Wat dat betreft is er geen reden om het één of het ander nu ineens anders te gaan doen”, besluit Mirella.

Laat uw melkveebedrijf excelleren

En sluit u aan bij de ruim 1000 anderen die maandelijks onze exclusieve nieuwsbrief ontvangen met verhalen, acties en adviezen van Lely Center Bunschoten.

Aanmelden

Bekijk ook de verhalen van

''Gewoon perfect''

Martijn en Jolanda Mandersloot, Driebergen-Rijsenburg

De overstap naar een gereviseerde melkrobot

Familie Pronk, Weesp

''Een droom die uitkomt.’’

Melkveebedrijf Van Schip-Peterse, Schalkwijk

Top