Op de Beekdalhoeve regeert de rust. In de brede gangpaden staat vrijwel geen koe. Ze staan te eten aan het voerhek of liggen in de boxen te herkauwen. Een enkeling staat achter de robot te wachten tot het haar melkbeurt is. Ze kijken hooguit om wanneer Kees tussen de koeien door gaat om nog wat ligbedden aan te harken. Het is het plaatje dat Kees en Bart van Gestel het liefste zien. “We willen telkens iets verbeteren in onze bedrijfsvoering.”
In Hooge Mierde combineert de familie van Gestel een hoge melkproductie met automatisch melken
De familie van Gestel produceert 800.000 kilogram melk per melkrobot. Ze behoren tot de best presterende bedrijven met Lely melkrobots in Nederland. Grote stappen werden in het verleden gemaakt, en nu finetunen ze dagelijks samen met hun voeradviseur en adviseurs van Lely om progressie te boeken. In de benchmark vergelijking, die jaarlijks wordt samengesteld op basis van de MPR-cijfers, verblijft de familie van Gestel met een jaarproductie van bijna 13.500 kilogram melk met 4% vet en 3,48% eiwit in de bovenste regionen. Bart: “De gehalten zijn misschien wat laag, maar bij een gemiddelde dagproductie van 42,5 kilogram melk heb je automatisch verdunning.” Kees: “Ik bereken altijd de kilogrammen vet en eiwit per koe bij de MPR, want dat bepaalt de melkprijs. Die zitten nu boven de 3 kilogram. Dan moet je knap dikke melk leveren wil je dat met een lagere productie realiseren.”
Met een gemiddelde productie van 13.500 kilogram melk levert de veestapel van de familie een knappe prestatie. Organisatie, voeding en automatisch melken zijn volgens de familie de ingrediënten voor deze succesvolle productie. “In de melkstal molken we gemiddeld al meer dan 10.500 kilogram melk. We wisten dat er een genetische potentie was. In 2015 zijn we - na uitbreiding van de stal - automatisch gaan melken en gemengd gaan voeren. Ook plaatsten we een Lely Cosmix, ons eerste krachtvoerstation, waarmee we de verse koeien aan het begin van de lactatie wat extra krachtvoer kunnen laten opnemen. Al die aanpassingen zorgden voor een verdere stijging van de productie”, legt Bart uit. Kees vult aan: “Die genetische potentie proberen we nog elke dag eruit te halen.”