“We werden destijds wel een beetje voor gek verklaard. Er waren veel vooroordelen over robotboeren en wij kregen dat ook veel te horen. Wij hebben ons er niks van aangetrokken, liggen daar niet zo gauw wakker van. Een paar jaar later spraken wij die mensen weer en bleek dat veel van hen met robots molken”.

In 2000 is de familie Heijink als één van de eersten in de regio gestart met robot melken, destijds nog de Lely Astronaut A2. Recent zijn deze, na ruim 20 jaar, ingewisseld voor drie Astronaut A5 melkrobots en hebben zonen Gerben en Leon de maatschap overgenomen.

Pioniers in robotmelken

Wim Heijink is samen met zijn vrouw Gera in 2000 als één van de eerste in de regio gestart met robot melken. Wim deed het melken vrijwel alleen, maar kreeg op den duur fysieke klachten. Daarnaast was de melkstal aan vervanging toe en toen zijn ze zich gaan oriënteren. Wim vertelt, “We hebben ruim anderhalf jaar lang rondgekeken en ons georiënteerd. Met name in Drenthe waren toen al wat robotboeren waar we konden kijken. Lely was een enthousiaste verkoper en zaten er kort op. Ze keken ook eerst of je wel geschikt was als boer om met robots te gaan melken. Uiteindelijk hebben wij de knoop doorgehakt en zijn wij in 2000 gestart.” Op de vraag hoe ze het destijds hebben ervaren, reageert Wim: “We konden het goed loslaten en na een half jaar begon het pas echt fijn te lopen. Het mooiste is als je een jaar rond bent, dus als alle koeien een keer gekalfd hebben. Direct vanaf het begin zat Lely erbovenop en kregen we goede begeleiding. We hebben zelfs een week hulp gehad bij het inmelken. Verder kan ik mij er weinig van herinneren, dus het zal wel goed zijn gegaan”, zegt vader Wim lachend. Ook voor de koeien was de overstap natuurlijk niet niks. Het is aan het begin even veel werk, maar de familie is er echt voor gegaan. Ze hebben geen één koe hoeven te verhuizen. Natuurlijk mislukte er wel eens een, maar door de nuchtere houding van de familie zagen zij dat niet als een probleem. Na een intense beginperiode zat de loop er bij de koeien goed in en hadden ze veel weigeringen. In “robottaal” is dat een goed teken. 

Gaat een melkrobot wel net zo lang mee als een melkstal?

De grootste zorg die de familie heeft gehad was de vraag of deze investering zich wel zou gaan terugverdienen. “Gaat een melkrobot wel net zo lang mee als een melkstal?” vroegen ze zich meermaals af. Doordat robot melken destijds nog nieuw was, was er weinig vergelijkingsmateriaal. Lely gaf aan het begin aan dat de melkrobots 8 tot 10 jaar zouden meegaan. Uiteindelijk zijn de A2 melkrobots van de familie Heijink na 22 jaar pas met pensioen gegaan. “Onze verwachtingen waren daarmee ruimschoots overtroffen. Natuurlijk hebben we in de loop der jaren wel wat updates toegepast, zoals een nieuwe vacuümpomp en laser. Maar dat deze robots maar liefst 30 miljoen kilogram melk zouden produceren, hadden we destijds niet kunnen bedenken”, aldus een trotse Wim. 

tekst

2022: de overstap naar A5

In de zomer van 2022 was het dan toch echt tijd om de onverwoestbare A2 melkrobots te vervangen en zijn er drie nieuwe Astronaut A5 melkrobots in de stal gekomen. “De werking van de robots is in principe hetzelfde, maar je ziet zeker wel de vooruitgang. Zo gebruikt de A5 minder energie, sluit die sneller aan, melkt beter uit en hebben de koeien een betere loop op de robot. Ze gaan er recht in en recht weer uit. Dat maakt dat de koeien er sneller door heen kunnen”, vertelt zoon Gerben. Dat vrije koe verkeer staat zowel bij de familie als bij Lely hoog in het vaandel, wat maakt dat Lely een goede match was. “Ons bedrijfsdoel is mooie, gezonde koeien te houden en een hoge productie. Wanneer de koeien zich fijn voelen, zie je dat in de productie terug. Bij ons kunnen de koeien zelf hun dag bepalen. Ze kunnen in de stal naar eigen wens gaan liggen in de ligboxen, drinken bij de waterbakken, eten aan het voerhek of melken in de robot. Daarnaast willen wij zoveel mogelijk benutting van het eigen ruwvoer. Alles wat wij verbouwen, dat de koeien dat eten. Zo houden wij zelf ook uitdaging in het werk en dat maakt het leuk.” 

Zonen Gerben en Leon kwamen in 2011 in de maatschap en wisten van jongs af aan dat ze boer wilden worden. Zij zijn ondertussen al de 6e generatie. “We wisten altijd al dat we graag het bedrijf zouden willen overnemen van onze ouders en toen we beide klaar waren met school, zijn we bij de maatschap gegaan”, vertelt zoon Leon. De rolverdeling binnen het bedrijf regelt zich op natuurlijke wijze. “Moeders denkt mee, maar verricht weinig fysieke arbeid op het bedrijf. Verder doen pa, Leon en ik eigenlijk alles allround. Wel houdt Leon zich vooral bezig met het jongvee en doe ik meer met de boekhouding”, vertelt Gerben. “De afwisseling in het werk is het leukste van boer zijn. We werken met dieren en gewassen en hebben onze eigen vrijheid daarin. Bij het ontbijt weet je nog niet wat de dag gaat brengen en dat maakt elke dag eigenlijk een nieuw avontuur. Wi’j hebt er nog steeds schik an!” 

In 2020 hebben Gerben, Leon en Manon (de vriendin van Gerben, red.) samen een zuivelboerderij opgezet; Oosterbrook Zuivel. De reden om dit op te zetten was om dichter bij de consument en burger te staan. “Wij zijn trots op ons bedrijf en iedereen mag zien wat wij hier doen. Wij geven daarom ook al ruim 20 jaar rondleidingen op het bedrijf. Nu wij een deel van onze melk zelf verzuivelen merk je dat de interesse alleen maar groter wordt. De producten verkopen wij in ons “zuivelhuisje”, maar ook lokale supermarkten nemen deze producten af. Aan de politiek kunnen wij niks doen, maar door zelf transparant te blijven naar de burgers, hopen wij dat onze passie en liefde voor het vak wordt gezien.”

Wanneer je de familie vraagt hoe het bedrijf er over 10 jaar uit zal zien, reageren ze; “De automatisering zal gewoon doorgaan, daar staan wij voor open. Op emissiegebied zal er veel gebeuren, maar daar hebben wij geen invloed op. Grote kans dat wij wat met stikstof moeten, maar daar investeren wij nu nog niet in. Het is nog te onzeker. Stel deze vraag eerst aan de politiek. Benieuwd wat zij zeggen”. 

“Wat wij zouden zeggen tegen veehouders die nog twijfelen? Pak een stoel en ga bij de robot zitten. Overtuig jezelf zo van alle plussen die een melkrobot te bieden heeft.”

 

Bedrijfsinformatie

De boerderij is in 1780 gebouwd. In 1997 kwam het bedrijf in handen van vader Wim en moeder Gera. In 2011 kwamen zonen Gerben en Leon bij de maatschap in en zijn zij daarmee de 6e generatie. Ze melken 180 koeien en hebben ongeveer 100 stuks jongvee. In totaal hebben ze 85 hectare grond, waar ze o.a. gras, bieten en maïs op verbouwen. De koeien worden gemolken door drie Astronaut A5 melkrobots. Ze hebben een roostervloer en de Lely Discovery houdt de vloeren schoon. Voor het jongvee hebben ze een Lely Calm kalverdrinkautomaat. Ook hebben ze een Grazeway voor de weidegang. Het bedrijf heeft een rollend jaargemiddelde van 10.300 kg melk, met 4,57% vet en 3,66% eiwit.

Lely viert dit jaar haar 75-jarig bestaan. In deze serie worden veehouders geëerd die Lely vanaf het begin hebben ondersteund. Bedankt, familie Heijink! Lees hier het volgende verhaal.

Waarom Lely?

Wereldwijd maken veehouders keuzes in de manier waarop zij hun bedrijf inrichten en runnen. Elke dag helpen wij hen die keuzes te maken die passen bij henzelf en hun bedrijf. Dat doen we met advies en innovatieve oplossingen die bijdragen aan een efficiënte bedrijfsvoering. Voor duurzame melk- en vleesproductie. Vandaag en morgen.

Top