Melkveehouders met een digitaal meetsysteem voor weidegang hoeven de tijdstippen dat de koeien naar buiten en naar binnen gaan niet bij te houden, dat doet het systeem. En er zijn meer voordelen. ‘We krijgen nu gedetailleerdere informatie over de versgrasopname, dat nemen we mee in de rantsoenberekeningen’, vertelt veehouder Kees Romijn uit Langerak.
Exact 739 uren per koe, verdeeld over 163 dagen. Melkveehouder Kees Romijn uit Langerak laat op zijn smartphone zien hoeveel uren en dagen zijn 110 koeien in 2019 officieel aan weidegang hebben gemaakt. Het is ruim voldoende om in aanmerking te komen voor de weidemelktoeslag van FrieslandCampina. De cijfers zijn afkomstig van het digitale weidegangregistratiesysteem van Lely. Het systeem registreert de tijd dat de koe de weide ingaat (bij Romijn via de robot) en het moment dat ze weer naar binnen komt door de registratiepoort Grazeway R. Via de weidegangrapportage wordt hiermee de beweidingsduur per koe inzichtelijk gemaakt. Deze informatie maakt het mogelijk om het beweidingsmanagement te sturen én om de beweidingsduur per koe aan te tonen. De maatschap van de oud-voorzitter van de LTO-vakgroep Melkveehouderij en zijn vrouw Cora werkt nu twee seizoenen met het systeem, ze zijn er content mee. ‘De ringantenne in de Grazeway R geeft tot op de minuut nauwkeurig aan op welke tijdstippen de koeien hebben geweid.’ Dat is handig, want melkveehouders moeten met ingang van dit jaar de dagelijkse begin- en eindtijd van de weidegang registreren. Romijn hoeft dat niet te doen, omdat het weideregistratiesysteem de tijdstippen waarop de koeien naar buiten en weer binnen gaan, zelf bijhoudt en in de computer zet. ‘Met het aanvankelijke weideborgingssysteem van 120 dagen en 6 uren weiden per dag liepen we vast naarmate de veestapel groter werd. De koeien werden zeer onregelmatig in hun melkingstijden. Dat is niet goed voor de melkproductie, maar ook niet voor de uiergezondheid.’
Grip op versgrasopname
Die problemen zijn dankzij het werken met de slimme weideselectiepoort opgelost. ‘Dit systeem biedt de mogelijkheid om de koeien vrijwillig te laten kiezen en toch te voldoen aan de eisen. Onze beste koeien worden nu om de 6 tot 8 uur gemolken, er zit veel meer regelmaat in’,ervaart Romijn. Het systeem biedt meer voordelen. Zo toont het gegevens over de tijdstippen wanneer de koeien het meeste buiten zijn, welke percelen de dieren smakelijk vinden, welke dieren makkelijk naar buiten gaan en welke dieren hierin wellicht extra getraind moeten worden. ‘Met behulp van deze data kunnen we betere managementbeslissingen over weidegang nemen.’
De registratie geeft Romijn bovendien grip op de versgrasopname van de koeien. ‘Daarover krijgen we nu gedetailleerdere informatie en die nemen we mee in de rantsoenberekeningen.’ Een ander voordeel is dat de koeien beter traceerbaar zijn. ‘In dit gebied komt er wel eens een koe in de sloot terecht zonder dat ik het in de gaten had. Nu kan ik zien of alle koeien binnen zijn.’ Nog een pre van het systeem vindt Romijn de mogelijkheid om de koeien in groepen te laten weiden: een hoogproductieve groep die minder buiten komt en een laagproductieve groep, die juist meer buiten komt. Romijn maakt hier nog geen gebruik van, maar zegt dit naar de toekomst toe wel serieus te overwegen. Net zoals de mogelijkheid om in etappes te weiden, met een groep die ’s avonds gaat weiden en een groep ’s ochtends.