Familie Snoek in Stolwijk: honderd jaar boerenerf met een blik op de toekomst

2025 – Reportage melkveebedrijf Snoekvliet, Stolwijk. Tekst en beeld door: Rick Majoor.

Honderd jaar boerenbestaan: familie Snoek uit Stolwijk kijkt in hun jubileumjaar zowel terug als vooruit, vol innovatie, uitdagingen en veranderende regels. Op het gemengde bedrijf met melkvee, legkippen én een eigen kaasmakerij, neemt zoon Gert-Jan samen met zijn ouders de dagelijkse werkzaamheden op zich. Hoewel de nieuwe melkveestal bol staat van moderne techniek,- van automatisch melken tot mestverwerking - blijft het familiegevoel de drijvende kracht. 

Boeren met visie sinds 1925 

Gert-Jan: “We bestaan precies honderd jaar. Het begon heel klein, met wat koeien, varkens en kippen, ook toen al werd er kaas gemaakt.  Mijn opa en oma maakten in de zomer kaas, omdat melk toen nog niet gekoeld kon worden zoals nu. Om de houdbaarheid te verlengen, verwerkten ze de melk tot rauwmelkse kaas..”  

Rond 1970 is de kaasmakerij tijdelijk gestopt. Hedendaags telt het bedrijf 23.000 legkippen met vrije uitloop en twee beter leven sterren, 125 melkkoeien en wordt er weer kaas gemaakt op de boerderij. Moeder beheert de eierproductie en draagt zorg voor alles wat daarbij komt kijken, terwijl vader verantwoordelijk is voor de handel en logistiek. De eieren worden grotendeels geleverd aan supermarkten en klanten binnen een straal van veertig kilometer rond de boerderij.  De kaas gaat vooral naar kaashandel Van der Sterre in Bodegraven, daarnaast is er nog afzet via enkele eigen kanalen.  

Eigen verwerking en afzet

Al in 2013 maakte de familie plannen voor uitbreiding: “Gertjan studeerde toen nog aan de HAS in Dronten en wist dat hij het bedrijf over wilde nemen. De oude situatie, 80 koeien op 27 hectare, was te klein om met drie personen een boterham van te verdienen. We wilden in combinatie met de afschaffing van het melkquotum destijds een flinke stap maken naar 175 koeien met een traditionele melkstal.” Maar de bank gaf daar toen geen groen licht voor. 

Het roer ging om. In plaats van alleen schaalvergroting, besloot de familie te investeren in eigen verwerking en afzet. In 2015 zijn we gestart met het verkopen van onze “StolWEItjes” in de regio.  “Sinds 2018 maken we onze eigen kaas. Dat gaf meer grip op de keten.” 

“We leveren aan supermarkten en staan wekelijks met een marktkraam in Zoetermeer. Dit zorgt voor stabielere inkomsten uit meerdere bronnen en zo zijn we minder afhankelijk van de grillen van de markt”, laat Gertjan weten. 

 

Melken met robots

De bouw van de nieuwe stal in 2024 markeerde een logisch moment om te kiezen voor automatisering. 

“Automatisch melken stond dan ook niet meer ter discussie,” vertelt Gert-Jan. “De keuze viel op Lely, mede door positieve ervaringen van collega-kaasboeren.” De stal is uitgerust met onder andere twee Astronaut-melkrobots, een Lely Sphere circulair stalsysteem, twee Lely Discovery Collector mestrobots en een automatisch melkfilter.  

"Tijdens de ontwerpfase van de stal werd de pilot ‘Reinventing Circular Dairy Farming’ aangekondigd. Kort gezegd houdt dit in dat wanneer een stal is uitgerust met het  Sphere-stalsysteem en de feces en urine apart worden opgevangen, we gedurende de pilotfase de urine mogen inzetten als kunstmestvervanger. Dit scheelde ons een aanzienlijke kostenpost aan mestafzet en kunstmestaankoop. We hebben daarom het mestputtenplan hierop aangepast en zijn deelnemer geworden aan de pilot," aldus Gert Jan. 

Binnen zes weken na de ingebruikname van de nieuwe stal steeg het aantal melkingen naar 2,9 per dag en groeide de melkproductie per koe van 28 naar ruim 33 liter. . Ook de melkkwaliteit is verbeterd dankzij het robotmelken en de bijbehorende technologie. “Ons kiemgetal was onlangs drie – wat wij beschouwen als een uitstekend resultaat en een solide basis voor het produceren van kaas van hoge kwaliteit. Tevens is de zuurtegraad van de melk prima. Dit komt mede door het tweemaal voorkoelen van de melk: eerst met bronwater en daarna met water uit de ijsaccu van de melkkoeltank. Hierdoor komt de melk met een temperatuur van 4 a–5 graden in de melktank, waardoor de vetbolletjes in de melk harder zijn en minder snel beschadigen,” zegt Gertjan trots.  

Arbeidsgemak en flexibiliteit  

De melkrobots brengen rust in de stal en flexibiliteit in het gezin. “Ik woon niet op de boerderij, dus de vaste melktijden waren pittig. Nu zijn we flexibeler. Als je soms wat later begint, is dat geen ramp.” 

De opstart ging vlot: “De eerste groep koeien was snel gewend. De tweede groep, die van een ander bedrijf kwam, had wat meer tijd nodig. Maar dankzij de automatische hekken was de opstart goed te managen.” 

 

Weidegang met melkrobots 

De familie is van plan binnenkort te starten met weidegang. Hoewel ze verwachten dat de koeien even moeten wennen, vinden ze het belangrijk dat de dieren naar buiten kunnen.  “We willen de koeien ’s ochtends en ’s avonds tijdens de schemering naar buiten laten. Tijdens deze periode nemen de koeien het meeste gras op en vermijden we de hitte van de (zomer)dag. De melkrobot en Lely Grazeway sturen de separatie goed aan.” 

 

Van overzicht naar inzicht

Gert-Jan prijst de integratie van de Lely-technologie: “Alles komt samen in het Horizon managementprogramma. Eén applicatie, geen losse systemen.  Dat zorgt voor overzicht en sluit perfect aan bij onze toekomstvisie.” 

Zijn advies aan andere veehouders? “Ga vooral kijken bij bedrijven die al robotmelken, vooral als je zelfzuivelt. De praktijk laat pas echt zien wat werkt.” 

 

Vooruitkijken 

Plannen zijn er genoeg. “We willen de oude stal renoveren, in eerste instantie voor droge koeien en misschien komt er in de toekomst nog een vaarzengroep bij. Ook kijken we naar verdere optimalisatie van de ruwvoerwinning en uitbreiding van onze (melk)afzet.” 

Tot slot benadrukt Gert-Jan het belang van samenwerking: “Alles liep zo vlot dankzij goede partners. Samen leg je de puzzel.” 

 

*Resultaten zijn niet geverifieerd door Lely of een onafhankelijke partij. Uw resultaten kunnen variëren.