Melkwinning als vakmanschap: meten, kijken en luisteren

Melkwinning als vakmanschap: meten, kijken en luisteren
In de robotruimte van een Astronaut A5 zijn melkwinningspecialisten Eddy Verdam en Jan Kornelis Tolsma druk bezig met het aansluiten van apparatuur voor een dynamische meting van de melkrobot. Met een gefocuste blik en tussendoor een grap en een grol, ontgaat deze mannen niets van alles wat in de stal gebeurt. “Werken tussen de koeien en de veehouder helpen in het melkoptimalisatieproces is het mooiste wat er is!”, zegt het duo enthousiast
Het optimale uit de melkrobot halen
Hoewel de basisinstellingen van een Lely melkrobot voor 95% van de Astronaut-melkers passend zijn, is er voor de laatste 5% soms nog ruimte voor optimalisatie. Dat is het moment dat de melkwinningspecialisten worden ingeschakeld, veelal op verzoek van de FMS Bedrijfsadviseur van het Lely Center. Eddy Verdam en Jan Kornelis Tolsma zijn naast Product Specialist ook de melkwinningspecialisten van Lely Center Heerenveen. Met hun passie voor koeien en melkrobots zijn zij dagelijks in de weer om het optimale uit het melkproces te halen. “Melkwinningspecialisten streven naar optimalisatie van het melkproces, dus écht dat wat er onder de koe gebeurt. Dit kan uiteindelijk tot verschillende resultaten leiden, bijvoorbeeld een hogere capaciteit van de melkrobots of een verbetering van de uiergezondheid. Een conclusie kan ook zijn dat alle metingen goed zijn en we de oplossing niet bij de melkrobot hoeven te zoeken", legt Eddy uit.
Dynamische meting en speenscores
Op dit moment zijn Jan Kornelis en Eddy aan de slag bij een veehouder die stelt dat zijn veestapel veel last heeft van mastitis bij de spenen linksachter. Met hun expertise en apparatuur gaan de melkwinningspecialisten op onderzoek uit om te kunnen achterhalen of de oorzaak hiervan wellicht bij de melkrobot ligt. “Om genoeg data te verzamelen, monitoren we minimaal tien melkingen per melkrobot. In deze stal staan twee A5’s, dus we hebben straks data van in totaal twintig melkingen”, vertelt Jan Kornelis. Terwijl de melkrobots hun werk doen, maken Verdam en Tolsma zich klaar voor het uitvoeren van de speenscores. Met deze scores worden van elke speen de lengte, dikte en slotgatconditie gemeten. “Bij ongeveer 35% van de veestapel worden deze speenscores uitgevoerd. Alle data wordt ingevoerd in een app die ons vervolgens vertelt welke tepelvoering bij deze veestapel het meest passend zou kunnen zijn. Tegelijkertijd geeft de app ook een samenvatting van de slotgatconditie, waarvan Lely prefereert dat 90% van de spenen goed is. Het interessante is dat wat je meet vanuit de robot ook vaak terug te zien is in de speenscores, daarom moeten beide metingen altijd tegelijk gebeuren", zegt Eddy.
Combinatie van data en zintuigwaarneming is ontzettend waardevol
Naast alle cijfermatige data, halen melkwinning-specialisten ook veel informatie uit wat ze om zich heen zien en horen. De combinatie van data en zintuigwaarneming is voor deze specialisten ontzettend waardevol. “De kracht van ons werk is dat we veel tijd tussen de koeien doorbrengen en dat ons daardoor ook andere dingen opvallen. Als we bijvoorbeeld zien dat de koeien bijna niet herkauwen, dan kan het zijn dat er een rantsoenprobleem is. Ondanks dat een mogelijk rantsoenprobleem buiten onze kennis en metingen valt, nemen we deze waarneming wel mee in onze conclusies en aanbevelingen", licht Eddy toe.
Het eindrapport
Nadat alle data van de dynamische meting en de speenscores in de computer zijn ingevoerd, zit voor de melkwinningspecialisten het werk op de boerderij erop.
“Voordat we bij de veehouder het erf af rijden, nemen Eddy en ik de grote lijnen van onze bevindingen alvast in vogelvlucht door. In de dagen daarna analyseren we alle data tot in detail en proberen we al deze uitkomsten aan elkaar te verbinden. Zowel de cijfermatige data als onze zintuigelijke bevindingen", vertelt Jan Kornelis.“Praktische voorbeelden van mogelijke bevindingen zijn dat het vacuüm onder de speen te hoog kan zijn of dat we bimodale melkingen tegen komen. Het hoge vacuüm onder de speen kan onder andere worden beïnvloed door het bedrijfsvacuüm te verlagen. Dieren met gemiddeld een hogere melksnelheid kunnen worden opgevangen door een instelling in Horizon waarbij het vacuüm wordt afgestemd op de melksnelheid.
Bij bimodale melkbeurten, waarbij er een dip zit aan het begin van een melkstroomprofiel, kijken we vooral naar de start van het melken en of deze koe goed genoeg gestimuleerd wordt. Zo blijkt dat het ‘automatisch’ melken een veelzijdig en interessant proces is ”, vult Eddy aan.
Als beide melkwinningspecialisten het eens zijn over de inhoud van het eindrapport, wordt het document overhandigd aan de FMS Bedrijfsadviseur. Die gaat vervolgens samen met de veehouder om tafel om de uitkomsten te bespreken en eventueel actie te ondernemen. Vanaf dat moment zit het werk van Eddy en Jan Kornelis erop en begeleidt de FMS Bedrijfsadviseur de veehouder verder in het optimalisatieproces
Metingsproces van de melkwinningspecialist:
Om de benodigde data in handen te krijgen, voeren melkwinningspecialisten vaak een dynamische meting en een speenscoremeting uit. Een dynamische meting is een meting van de melkrobot die tijdens het melken exact in kaart brengt hoe het melkproces verloopt. Hierbij wordt vacuüm onder de speen, kopvacuüm en pulsatie gemeten. Door alle data te analyseren kan de melkrobot mogelijk voor de desbetreffende koppel koeien geoptimaliseerd worden. In combinatie met de resultaten van de speenscoremeting kan de optimale tepelvoering worden bepaald. Bij de speenscoremeting wordt bij 35% van de veestapel van elke speen de lengte, dikte en slotgatconditie gemeten.